Coöperatief: Iemand met een coöperatieve stijl is tegemoetkomend en welwillend; is prettig in de omgang en in de samenwerking. Geeft graag raad en steun aan anderen. Kan zich in anderen verplaatsen. Besteedt aandacht aan een goede onderlinge sfeer.
Expressief: Iemand met een expressieve stijl schept leven in de brouwerij, neemt initiatief in contact, is welbespraakt en vlot in omgang. Is impulsief, vaak met veel zaken tegelijk bezig, snel geraakt, spontaan, uit emoties, praat graag. Is veel aan het woord, deelt graag ideeën met anderen.
Reflexief: Iemand met een reflexieve stijl maakt in de omgang een weloverwogen en systematische indruk. Is rustig, bescheiden en serieus, toont weinig emotie in het contact. Zoekt structuur, zekerheid en neemt tijd voor observaties en analyses.
Directief: Iemand met een directieve stijl neemt actief het heft in handen. Is open, direct en zakelijk in het contact, gaat de confrontatie aan. Ziet risico’s als een uitdaging. Laat weinig persoonlijke gevoelens blijken.
Uit de communicatie grafiek zijn een aantal dingen gebleken. Het blijkt hieruit dat mijn manier van communiceren erg meegaand en vriendelijk is. Ik ben goed in luisteren en probeer mensen niet te kwetsen met mijn mening. Ik zou niet veeleisend zijn van mijn groepsgenoten maar juist een vriendelijke open houding hebben waarmee ik mensen verbind. Met een positieve instelling zou ik ervoor zorgen dat anderen zich prettig voelen en laat ik mensen graag in hun waarde. Verder zou ik volgens de test een meer afwachtend persoon zijn die zich open stelt voor wat anderen te vertellen hebben en zou ik mezelf liever op de achtergrond houden.
Ik moet eerlijk toegeven dat ik het niet helemaal eens ben met de test, maar ik snap op sommige vlakken wel wat er bedoelt wordt. Ik vindt inderdaad ook dat ik goed ben in het mensen verbinden en dat ik daarin best meegaand ben met een open houding. Ook vindt ik het leuk om andere mensen te helpen. Ook zou ik mezelf omschrijven als vriendelijk en probeer kritiek altijd op een subtiele en niet kwetsende manier over te laten komen. Echter zou ik mezelf totaal niet als iemand omschrijven die zichzelf op de achtergrond houdt. Ik vindt mezelf vaak juist een iets kritischere houding hebben in een groepsverband tijdens projecten. Ook ben ik tijdens projecten juist vaak degene die met de ideeën komt en degene die deze pitcht aan de desbetreffende opdrachtgever. Ik ben het dus niet helemaal eens met de test. Ik heb door deze inzichten wel een aantal punten gevonden waarop ik me verder wil ontwikkelen. Ik wil van de afwachtende kant naar de sturende kant omdat ik vindt dat ik daar thuis hoor. Ik wil wel meer aan de persoonlijke kant blijven dan de feitelijke kant. Dat betekend dat ik een hogere score wil hebben in het expressieve vlak. Hierover meer bij de “POP” pagina.